Archieven
In de jaren 1914 tot 1974 verwierf het NEHA honderden bedrijfsarchieven. De totale lengte van deze archieven besloeg in 1970 al meer dan 15 kilometer. In 1974 besloot het NEHA in overleg met de rijksarchivaris deze archieven in permanente bruikleen over te dragen aan rijks- en gemeentearchieven. Een belangrijke collectie manuscripten en documenten, memorabilia en afbeeldingen (NEHA Bijzondere Collecties) is in eigen beheer behouden gebleven.
Bibliotheek
De boekencollectie van het NEHA was in 1914 in eerste instantie opgezet ter ondersteuning van het archiefonderzoek. De bibliotheek ontwikkelde zich echter snel tot een zelfstandige activiteit van het NEHA. Van 1933 tot 1989 is deze als Economisch-Historische Bibliotheek (EHB) gevestigd te Amsterdam aan de Herengracht 218-220. Sinds 1989 zijn de collecties ondergebracht bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis. De collecties bestrijken in tijd globaal de Middeleeuwen tot heden en geografisch West Europa en de Verenigde Staten met bijzondere aandacht voor Nederland en de voormalige Nederlandse koloniën.
Bijzondere Collecties
Het NEHA bezit een belangrijke verzameling memorabilia, manuscripten documenten. De verzameling is te vinden via het zoeksysteem van het IISG/NEHA (zoeken in catalogus. De belangrijkste delen van de collectie zijn:
- Circa 20.000 afzonderlijk beschreven stukken, veelal manuscripten en iconografisch materiaal over Europa, de Europese handel en koloniën, van de 14de eeuw tot heden. Een groot deel van deze stukken zijn afkomstig uit de ‘Collectie Jos Velle‘. Een overzicht van de Velle collectie is samengesteld door Piet Lourens en Jan Lucassen en is online beschikbaar.
- Enkele honderden kleine collecties op het gebied van de economische geschiedenis vanaf de 16de eeuw. Een van de meest waardevolle delen uit deze collectie is het tulpenboek uit de vroege 17de eeuw Dit boek, eigenlijk een gebonden collectie van afzonderlijke tekeningen, is online in te zien.
- Een grote verzameling prijscouranten en andere vroege series op het gebied van de prijsgeschiedenis vanaf de 16de eeuw. Binnen het kader van het Metamorfoze wordt gewerkt aan de digitalisering van de belangrijkste kerncollectie van prijscouranten.
- De collectie Bruyard: een archief over de Franse handelsbalans gedurende de tweede helft van de 18de eeuw; heeft bovendien betrekking op verschillende takken van de textielindustrie. De inventaris van deze collectie is online beschikbaar.
- De collectie Japanse prenten die een beeld geeft van de aanwezigheid van de Nederlanders op Decima (19de eeuw). Deze prenten vormen de basis van een fraaie website Roodharige Barbaren. Nederlanders en andere buitenlanders in Nagasaki en Yokohama 1800-1865. 40 Japanse prenten uit de NEHA collectie.
- Een collectie boeken, brochures, tijdschriften en prenten op het gebied van mode- en kostuumgeschiedenis, geschonken door J.H.J. van Deventer, kleermaker in Amsterdam.
Het NEHA is bruikleengever van
- circa 250 historische bedrijfsarchieven die gedeponeerd zijn bij diverse openbare archiefbewaarplaatsen verspreid over het hele land en van
- een omvangrijke verzameling papiergeld en gildepenningen. Deze collectie is gedeponeerd bij de Nationale Numismatische Collectie (NNC) en is in beheer bij De Nederlandsche Bank. Vanwege de renovatie van het kantoor van De Nederlandsche Bank is de collectie vanaf medio 2020 tijdelijk ondergebracht in het voormalig gebouw van Johan Enschede in Haarlem.
Het NEHA is bruikleennemer van
- ‘De Utrecht’-bibliotheek (thans ASR). In 1870 begon de directeur van de verzekeringsmaatschappij ‘Let op Uw Einde’, A. Ingenegeren, met het verzamelen van boeken op het gebied van levensverzekeringen. In 2013 deze ‘Utrecht’-collectie in bruikleen gegeven aan het NEHA. Via de catalogus zijn de werken uit deze collectie, herkenbaar aan de toevoeging UB in de signatuur, op te vragen en te raadplegen. Met de komst van deze gespecialiseerde collectie heeft zowel het NEHA als het IISG zich kunnen versterken op het gebied van de geschiedenis van de (levens)verzekering en op het terrein van de economische geschiedenis in het algemeen.
- Historisch Fondsenarchief van Stichting Capital Amsterdam (SCA) in (zie https://vbh-bedrijfshistorie.nl/leden/capital-amsterdam/). Deze collectie met een omvang van 300 strekkende meter bevat circa 2,5 miljoen pagina’s aan financieel economische data van ruim 2.800 ooit aan de Amsterdamse beurs genoteerde binnen- en buitenlandse ondernemingen, organisaties en overheden gedurende de periode 1850-1996. Tezamen met 100 strekkende meter aan officiële prijscouranten en enige andere periodieken (1796-2009) gaat het om de meest omvangrijke acquisitie (deels bruikleen, deels schenking) in de ruim 100-jarige geschiedenis van het NEHA.
De collecties van het NEHA: omvang en inhoud
Wie in de gemeenschappelijke catalogus van het IISG/NEHA (https://search.iisg.amsterdam/ of https://www.neha.nl/collecties) “NEHA” intikt, zal zien dat het NEHA de beheerder is van een omvangrijke en in velerlei opzichten rijke economisch-historische collecties. Alles bij elkaar gaat het om:
* ruim 900 archieven
* 93.100 boeken en brochures
* 8.000 periodieken
* jaarverslagen van overwegend Nederlandse ondernemingen (circa 5.000)
Dit is het resultaat van meer dan 100 jaar verzamelen (sinds de oprichting van het NEHA in 1914). Zo lang en zo systematisch economisch-historisch verzamelen maakt de NEHA collectie (niet alleen intrinsiek, maar zeker ook in samenhang met de IISG-collectie in het algemeen en de L. Kashnor collectie in het bijzonder) tot een van de rijkste ter wereld. Deze collectie staat in de mondiale top naast de Kress Collection in de Baker Library van de Harvard University (Boston), de Goldsmith Collection in de Londen University en de collectie van de Mitsui Groep ondergebracht bij de Hitotsubashi Universiteit in Japan.
De collectie is gericht op de economische geschiedenis van Nederland en de voormalige Nederlandse koloniën in een brede internationale context en heeft als doel de ondersteuning van het wetenschappelijk economisch-historisch onderzoek. De collectie is eigendom van de Stichting Nederlandsch Economisch Historisch Archief (NEHA) opgericht in 1914. In de overeenkomst tussen het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) en Stichting het NEHA uit 2004 zijn vier taken omschreven die het IISG vanaf 1 januari 2005 van het NEHA overneemt en waarover het IISG jaarlijks in de vorm van een jaarverslag aan de Stichting het NEHA verantwoording aflegt. Met betrekking tot de NEHA-collectie is in de overeenkomst vastgelegd dat het IISG tot taak heeft: “Het behouden, uitbreiden, ontsluiten en ter beschikking stellen voor onderzoek, tentoonstelling en andere doeleinden van de verzameling van het NEHA”. Van belang in de nauwe relatie tussen NEHA en IISG is de statutenwijziging van Stichting IISG in 2017. Als doel staat in de nieuwe statuten omschreven:
- Het bijdragen aan het maatschappelijk historisch besef met betrekking tot arbeid, arbeidsomstandigheden, arbeidsverhoudingen en sociale bewegingen in de ruimste zin en op mondiale schaal;
- Het bevorderen van de wetenschappelijke studie van de internationale en nationale sociaaleconomische geschiedenis in de ruimste zin.
Een van de manieren om dit doel te bereiken is het ‘uitbreiden, ontsluiten en in standhouden van een wetenschappelijke collectie op sociaaleconomisch- historisch gebied’ (artikel 2.2.b).
Het beschikbare aankoopbudget bedraagt momenteel 25.000 euro per jaar. Bovendien is er een bestemmingsreserve voor incidentele grote aankopen.
Wat is en wordt er verzameld?
Tot de traditionele zwaartepunten van de economisch-historische collectie behoren:
- publicaties over de geschiedenis van economische activiteiten in het algemeen, in het bijzonder over boekhouden, handel en handelswetenschappen, ‘koopmansliteratuur’ (handboeken voor de opleiding van de koopman, technische verhandelingen over de handelspraktijk), nijverheid, landbouw, bank- en verzekeringswezen (kortom alle economische sectoren), numismatiek en techniek (Nederland en internationaal),
- publicaties over de geschiedenis van het economisch denken (zoals waarde, winst, welvaart en de ethiek van het economisch handelen). Het oudste gedrukte werk in de collectie heeft betrekking op de ethiek: Johannis Nider, Tractatus de contractibus mercatorum (Coloniae, 1468) (Nederland en internationaal),
- vroeg statistisch materiaal van voor 1850, dat wil zeggen voor de opkomst van de nationale statistische bureaus (Nederland en internationaal)
- primaire gedrukte bronnen zoals jaarverslagen, prospectussen, catalogi, prijscouranten, verordeningen, plakkaten en ordonnanties veelal betrekking hebbend op de 19e en 20e eeuw (overwegend Nederland en de Nederlandse koloniën);
- secundaire literatuur (boeken en vaktijdschriften) over de economische, bedrijfs- en ondernemersgeschiedenis (Nederland en internationaal, vooral de westerse wereld in een globale context);
- originele manuscripten (zoals kasboeken, huishoudboeken, handelscorrespondentie) en andere documenten/archivalia met een brede geografische, chronologische en thematische reikwijdte die een verrijking opleveren voor de grote thema’s Global Economic, Labour History en economische groei, ontwikkeling en (on)gelijkheid (Nederland, de voormalige koloniën en internationaal)
Wat betreft de acquisitie van eigentijdse literatuur is de focus gericht op de aanschaf van relevante publicaties op het gebied van:
– de Global Economic History met name ten behoeve van de economische aspecten van de collab (Global Labour History) en Clio Infra (Global Economic History), CLARIAH, platform- en data- economie, en economische ongelijkheid
– Great Divergence (internationaal/mondiaal)
– Slavernij (nationaal en internationaal)
– Migratie (nationaal en internationaal)
– Precarious work
– Platformeconomie
Bij de hier bovengenoemde categorieën is de focus vooral gericht op publicaties met een comparatieve component (vergelijking van regio’s, landen en werelddelen) en met een lange termijn perspectief.
– Bedrijfshistorische studies (Nederlands alles en internationaal selectief)
– Ondernemersbiografieën (Nederlands alles en internationaal selectief)
– Publicaties over beroepen in historisch perspectief (Nederlands alles en internationaal selectief).
Wat betreft de antiquarische boeken (nationaal en internationaal) ligt de nadruk op publicaties met een economisch onderwerp, bij voorkeur met kwantitatieve (statistische) data en die passen in de traditionele zwaartepunten van de economisch-historische collecties.
Bij de acquisitie van materiaal wordt ook gelet op de spreiding over de verschillende, complementaire, niveaus zoals macro (landen/continenten), meso (regio’s of bedrijfstakken) en micro (individuele personen of ondernemingen).
Een bijzonder aandachtspunt vormt de aanschaf (d.m.v. schenking of aankoop) van gedenkboeken van (familie-)bedrijven, middenstand en economische belangenorganisaties in Nederland en koloniën, ondernemersbiografieën en gedrukte jaarverslagen van Nederlandse ondernemingen. Op deze terreinen wordt gestreefd naar een zo groot mogelijke dichtheid/volledigheid van de collectie.
Bedrijfsarchieven
Tot het midden van de jaren ’70 heeft het NEHA actief en met succes historische bedrijfsarchieven verworven. De structureel beperkte middelen maakten het vervolgens niet langer mogelijk een actief acquisitiebeleid op dit terrein te continueren en de collecties op een verantwoorde manier te ontsluiten, te beheren en ter beschikking te stellen. In overleg met het openbaar archiefwezen is destijds besloten de circa 250 bedrijfsarchieven van het NEHA in bruikleen over te dragen aan diverse openbare archiefbewaarplaatsen in Nederland. In principe worden dus geen (bedrijfs)archieven meer verworven. In de jaren ’80 en ‘90 is vervolgens de focus verlegd naar de actieve en passieve registratie van bedrijfsarchieven hetgeen onder meer geresulteerd heeft in de 17-delige BARN-reeks (BedrijfsArchievenRegistratieNederland). Ook deze taak is inmiddels beëindigd. Met de opkomst en ontwikkeling van het www is het maken van gedrukte archiefoverzichten grotendeels achterhaald.
Indien bedrijfsarchieven worden aangeboden, hetgeen nog steeds met enige regelmaat gebeurd, wordt vaak actief bemiddeld om deze archieven bij een openbare archiefbewaarplaats onder te brengen. De omvang van de onderneming en de herkomst zijn daarbij het leidende principe.
Archivalia, manuscripten en zeldzame gedrukten worden nog steeds geacquireerd en toegevoegd aan wat in de wandeling heet, de “Bijzondere Collecties”. Het gaat daarbij om schenkingen en aankopen op veilingen en bij antiquariaten. Een belangrijke overweging bij de acquisitie van dergelijke documenten is dat interessante, unieke dan wel schaarse economisch-historische bronnen vanuit het private in het openbare, publieke domein worden gebracht. De archiefcollectie omvatte begin 2022 ruim 900 aparte items met een totale omvang van circa 250 strekkende meter.
Een bijzondere recente (2019) toevoeging aan deze collectie is het bruikleen van de Stichting Capital Amsterdam (SCA) omvattende het Historisch Fondsenarchief van de Amsterdamse Beurs (1850-1996) met een omvang van circa 300 strekkende meter plus diverse prijscouranten (omvang: circa 100 strekkende meter). Belangrijkste overweging voor het opnemen van dit bruikleen is dat het inhoudelijk zeer nauw aansluit bij de zwaartepunten in de NEHA-collectie: de meest omvangrijke verzameling papieren jaarverslagen in Nederland, collecties effecten en andere waardepapieren, prospectussen en een omvangrijke collectie prijscouranten. Feitelijk gaat het om een gigantische hoeveelheid data in papieren vorm die een lange tijdsperiode omvat (eind 18e eeuw tot eind 20e eeuw) met financiële gegevens en andere bedrijfseconomische data van ondernemingen, non profit organisaties en overheden uit binnen- en buitenland.
Het NEHA is de bruikleengever van:
- circa 250 bedrijfsarchieven gedeponeerd bij diverse openbare archief bewaarplaatsen verspreid over het land
- een verzameling papiergeld en gildenpenningen gedeponeerd bij de Nationale Numismatische Collectie (NNC) in beheer bij De Nederlandsche Bank
- Het NEHA is de bruikleennemer van:
- Historisch Fondsenarchief van de SCA
- Collectie Prijscouranten van de SCA
- Boekencollectie over het verzekeringsbedrijf (Utrecht Collectie, a.s.r.-verzekeringen)
Digitale tijdperk
In de laatste jaren heeft het NEHA-bestuur zich gebogen over de vraag of er een specifieke rol is weggelegd voor het NEHA in het behoud, beheer en toegankelijk maken van digitale bedrijfsarchieven c.q. bedrijfscollecties. Dit heeft geresulteerd in diverse notities en een expertmeeting met diverse stakeholders. Tijdens een expertmeeting (gehouden in april 2019) zijn de uitdagingen rondom het behoud en beheer van digitale bedrijfsarchieven van verschillende kanten (archiefvormers, archiefbeheerders en intermediairs als het NEHA) uitvoerig besproken. Duidelijk werd dat we momenteel in een overgangsfase zitten van analoog naar digitaal, met deels dezelfde issues zoals selectie en waardering, de gebrekkige bereidheid bij veel ondernemingen om in hun historisch erfgoed te investeren, de (beperkte) mogelijkheden bij het openbaar archiefwezen om bedrijfsarchieven te acquireren en beheren, maar ook deels nieuwe praktische en technische ICT-issues.
Gelet op de beschikbare mogelijkheden (geld, personeel, expertise) ziet het bestuur op de korte voor het NEHA op dit terrein een vooralsnog zeer beperkte rol weggelegd. Hierbij dient te worden bedacht dat het ondernemen van mogelijke concrete activiteiten zoals het opzetten van een digitaal platform voor bedrijfshistorische collecties of het ‘oogsten’ van websites van platform- en high tech-ondernemingen zeker kunnen bijdragen aan een grotere bewustwording van de historische waarde van bedrijfshistorische collecties maar zeker geen oplossing bieden voor de uitdagingen verbonden aan het behoud en beheer van digital born bedrijfsarchieven.
Praktijk van het verzamelen
Bij de acquisitie van papieren materiaal zijn we actief zowel in het ‘hogere segment’ (antiquariaten en veilinghuizen), maar ook aan de ‘onderkant’ van de markt (fysieke en digitale tweedehands boekhandels). Bij het doornemen van het aanbod van veilingen en antiquariaten in binnen- en buitenland is de focus vooral gericht op manuscripten en zeldzame antiquarische boeken. Afgezien van de prijs is het maken van een keuze over het al dan niet aankopen van een manuscript niet zo moeilijk, omdat het om (betrekkelijk) uniek materiaal gaat. Bij zeldzame antiquarische boeken/gedrukten ligt dat anders. Gekeken wordt naar de prijs, de inhoudelijke meerwaarde (onder meer het vergroten van de dichtheid van de reeds aanwezige collecties) maar ook naar de digitale beschikbaarheid (zoals google books) en/of de beschikbaarheid van boeken in de ‘directe’ omgeving (doorgaans een of meerdere locaties, lees onder meer Koninklijke Bibliotheek en diverse universiteitsbibliotheken in Nederland). Bij de mogelijke aanschaf van kostbare, zeldzame boeken is het wel of niet beschikbaar zijn in andere (universiteits)bibliotheken zeker een overweging.
Naast het opereren op het ‘exclusieve’ deel van de markt zijn we ook actief op een ander segment van de markt: de onderkant. Dan gaat het met name over sites als boekwinkeltjes.nl, marktplaats.nl en het aanbod bij kringloopwinkels. Veel interessante literatuur over het Nederlandse bedrijfsleven is verschenen in het grijze circuit, het circuit zonder ISBN-nummers, de niet officieel geregistreerde literatuur. Het gaat dan over onder meer gedenkboeken van ondernemingen en economische belangenorganisaties, over de plaatselijke middenstand, middenstandsorganisaties, kamers van koophandel, ondernemersbiografieën en beroepen. Sites als boekwinkeltjes.nl geven een goed zicht op het aanbod van dergelijke publicaties, die vanwege hun onzichtbaarheid en schaarsheid ook gerekend kunnen worden tot de bijzondere bronnen.
Indien een collectie boeken (soms complete bibliotheken) of archivalia worden aangeboden, wordt allereerst op basis van eigen kennis en expertise, dan wel na consultatie van collega’s (intern en soms extern) een besluit genomen over wel of niet acquireren. Indien het besluit negatief is, wordt in veel gevallen een advies uitgebracht over wat mogelijk de best denkbare bestemming kan zijn. Bij een positief besluit is het gebruikelijk om de selectie en waardering zoveel mogelijk ter plekke uit te voeren. Dat kost tijd, niet alleen vanwege de technische selectie (controleren van titels van boeken bij voorbeeld) maar ook vanwege een eerste inhoudelijke selectie. Hiermee wordt in ieder geval wel voorkomen dat omvangrijke, nauwelijks ontsloten collecties worden verworven die relatief veel plaats in de depots innemen en het verwerken daarvan niet aantrekkelijk maken.
Een bijzondere vorm van verzamelen in de traditie van het NEHA (en ook het IISG) is het ‘verzamelen van verzamelaars’. Bekende voorbeelden hiervan zijn de collecties archivalia van J. Velle, de Utrecht Bibliotheek, de collectie scientific management (D.J. van Ham) en de boekencollectie van Peter Spufford (vroegmoderne economische en sociale geschiedenis en numismatiek).
In principe wordt ernaar gestreefd om nieuwe acquisities snel te verwerken.